7 juni 2022 | Hadrian's Wall Path | Dag 4

Taxichauffeurs D&P pikken ons om 9 uur op bij ons nieuwe hotel en droppen ons waar we gisteren zijn gebleven in Walton. De eerste kilometer(s) gaan langs de doorgaande weg. Nooit plezierig voor een wandelaar, laat staan voor ons nu we echte Wall walkers zijn. Maar het is een rustige dinsdagmorgen en na de Dovecote brug over het King Water kunnen we al snel via een trapje over een muurtje het eerste onverharde pad op. We verdwijnen in het Engelse platteland.


Gistermiddag brachten D&P brachten ons van de biertuin in Walton naar ons nieuwe onderkomen in Haltwhistle, volgens sommige kenners de Centre of Britain. In het gelijknamige hotel verblijven we de komende drie dagen. De keuken is een verademing. Zelfs het avondeten was met verse groenten bereid. We durven ons nu pas hardop uit te spreken over de eerste ervaringen in Carlisle. Wel worden hier de kamers gedeeld met een reisgenoot. Mijn slapie en ik zetten dat gewoon voort. Het klikt goed. Onze kamer ligt als een soort minihuisje als eerste in een rijtje van drie of vier minihuisjes. Ieder heeft eigen toegang vanaf een pleintje achter het hotel. Per huisje is er een leefgedeelte met badkamer beneden en via een vaste trap is het slaapgedeelte met twee aparte bedden op een entresol. Iets verderop achter het pleintje ligt een supermarkt die tot negen uur 's avonds open is. We kunnen onze lunch zelf  samenstellen. Qua hotel en locatie zijn we van de hel in de hemel beland. 


Vandaag is de etappe van Walton naar Gilsland. Met 15 kilometer relatief kort, we kunnen het rustig aan doen. We wandelen over en langs weilanden met bloeiende grassen en veldbloemen en genieten van het uitzicht. Het is een droge, zonnige dag en de wind is nauwelijks meer voelbaar. Het landschap golft daarentegen meer en meer, een enkel klimmetje is ronduit steil. Het is de opmars naar de komende dagen. Lopend langs een stapelsteenmuur afgezet met prikkeldraad, komt de vraag weer op: is dit nu echt de muur



Zo'n vijf kilometer vanaf Walton hebben we dan echt een eerste officiele ontmoeting met de Muur: Hare Hill. Onze camera's gaan los op dit eerste tastbare stuk. Het geplaatste informatiebordje vraagt zich af waarom juist dit stuk muur de tand des tijds heeft overleefd aangezien de muur verder is ontmanteld en de stenen zo'n slordige 700 jaar later hergebruikt voor met name de Lanercost Priory. Dit originele restant geldt dan alleen voor de basis van de muur. Want uit de bijna verplichte kost in het routeboekje van Mark Richards blijkt dat het hogere deel van dit stuk als een romantische ruine in de 19e eeuw is herbouwd. Wat er ook van klopt, dit stuk Muur met een eigenwijze bult aan westzijde is uiteindelijk blijven staan. Gelukkig maar.



Van Hare Hill bereiken we buurtschap (the) Banks (of Lanercost). Om een andere reden kun je deze omgeving ook historisch noemen. Zo'n vier eeuwen na de bouw van de Muur zou de mythische koning Arthur hier dodelijk gewond geraakt of zijn omgekomen in de slag bij Camlann. Misschien omdat de historici er nog niet over uit zijn, ontbreekt het aan een informatiebordje.
We bereiken we al snel de restanten van wachttoren (Turret) nummer 52a van Banks East. De Romeinen plaatsten om de Romeinse mijl (circa 1,5 kilometer) een wachttoren. We hebben geluk de restanten van de muur te kunnen zien want dit deel, aanvankelijk van turf gemaakt, is in latere Romeinse tijd alsnog uit steen opgetrokken.
Vanaf Banks lopen we bovenaan de steile helling, met een meanderende rivier Irthing beneden in het dal. We volgen een recht stuk. De Romeinen, althans degenen die het voor het zeggen hadden, hielden daarvan. Waarom zou je een weg om een berg heen aanleggen als je er ook recht overheen kan. Rare jongens die Romeinen, zou Obelix zeggen.





De zon stijgt en de ongeschoren schapen krijgen het er warm van. Ze zoeken een koele plek in de buurt van water en kijken ons vanonder de bomen wat meewarig aan. We geven ze geen ongelijk maar lopen door. Om de anderhalf uur pauzeren we wat en dat is niet nu. Een nieuwe helling volgt.





Steeds vaker komt de Muur - in delen - in zicht. We scharrelen nog wat rond bij wachttoren 49b van Birdoswald West, vlak voor het grote fort Birdoswald. Oorspronkelijk liep hier de turfmuur iets zuidelijker. De latere stenen muur werd meer naar het noorden verlegd zodat het fort in de muur kon worden opgenomen. Van de wachttoren bereiken we Birdoswald. Tijd voor een lunchpauze en voor de stempel, ook de gemiste stempel van het Sands Centre in Carlisle. Het is er aangenaam. Behalve de tegen betaling te bezoeken site van het fort - dit slaan we omwille van tijd en geld over - is er een gerestaureerde boerenhoeve met een bescheiden uitspanning met stempelvoorziening, een souvenirwinkel en een heerlijke binnenplaats met picknicktafels en parasols. Hier strijken we neer, anderen blijven liever in de koelte van het gras en de boomgaard aan de westelijke buitenzijde van de hoeve. We nemen de tijd en verzamelen onze stempels. Een beetje jammer dat er nu twee keer de stempel Birdoswald op de stempelkaart staat maar we nemen het voor lief.




Na de lunch verlaten we de hoeve in oostelijke richting. Ik kijk nog een keer om en zie aan de buitenzijde van de muur een kastje hangen. Dat komt me bekend voor. Ik loop terug en ontdek in het kastje de stempels van zowel Birdoswald als het Sands Centre in Carlisle. En zo kan een deel van de groep alsnog de felbegeerde tweede stempel zetten. Alleen voor de formaliteit want het is nu dubbelop. Uiteindelijk schuilt in ieder mens wel een beetje een Romein. We lopen verder, het ene vergezicht nog mooier dan het andere. Het is niet vast te leggen, de rust en de ruimte.



Na Birdoswald komt Harrow's Scar, Milecastle 49, in beeld. Een milecastle vormde een versterkte doorgang in de Muur. De overgebleven ronding in de muur zou een broodoven zijn geweest. De betekenis van Harrow('s) Scar is een puzzeltje. To harrow betekent eggen. Letterlijk vertaald is het dan zoiets als het 'litteken van de eg'. Of hier ooit een boer is geweest die zich lelijk heeft verwond aan zo'n eg, staat nergens op een bordje. Maar op de kaart van de route vertoont het landschap precies hier een boogvormige verhoging. En scar kan ook cliff betekenen. Dat lijkt aannemelijker, we staan namelijk vlak voor het water van de eerdergenoemde rivier Irthing. Via de speciaal voor het HWP aangelegde Willowford brug steken we dan ook het water over. Om de omliggende overblijfselen van de Muur niet te beschadigen, werd de metalen brug in 1999 met een helicopter op zijn plek gelegd. Een sterk staaltje vakmanschap bij elkaar.






Na het passeren van de fraaie boogbrug blijkt dat de Irthing in de loop der tijden in westelijker richting is opgeschoven. Verderop komen we de restanten tegen van wat eens de (derde versie van een) Romeinse brug is geweest. Daarna volgt een steile trap langs de muur met 91 treden. Bovenaan moeten we eerst even op adem komen. 
We passeren Willowford Farm en bewonderen verderop wachttoren 49a, Willowford East. Al die stukken Muur, wachttorens en forten geven ons vandaag voor het eerst het echte Muur-gevoel. Vanaf Willowford East is het nog een klein loopje naar de lokale pub in Gilsland voor ons etappedrankje. Ook hier achter de pub een aardige biertuin met picknicktafels. Het is zonnig en warm op dit 'terras'. We delen weer onze pinda's en chips en er schuiven medewandelaars aan waar we soms onderweg al mee hebben kennisgemaakt. Onze teller staat op 58 kilometer totaal, het schiet al aardig op.



D&P halen ons bijtijds op zodat we ook Haltwhistle nog even kunnen bekijken. Al is dit misschien het midden van Engeland - op een pleintje wordt dit duidelijk in herinnering gebracht - het is niet groot. We vermaken ons met de opgetuigde etalages van winkeliers die er een heuse Jubilee Window Competition van hebben gemaakt. De winnaar heb ik niet gezien maar ik zie een goede kanshebber.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten